THUIS
door de terrasdeuren
sloop ik op mijn slippers
met de zon onder mijn arm
wankelmoedig naar binnen
bezwerend legde ik
de versgeplukte citroenen op tafel
met mijn ogen dicht
bleef ik de laagvlakte zien
mijn oren suisden nog
van de stilte
rap griste ik een kussen van de bank
om het knipperend antwoordapparaat
afdoend te smoren
maar de computer braakte
genadeloos e-mails
de stapel kranten
schreeuwde verhalen
de wasmachine eiste
onverbiddelijk vulling
©margrietlenglet2016
Geen opmerkingen:
Een reactie posten