ZIJ KWAMEN VAN VER

 
naar griesmeelpudding 

en verbrande kurk
naar mottenballen
en naar uitdovende kaarsjes

zo ruikt mijn driekoningen

de boon in de pudding die bepaalde wie door
de kurk tot Caspar of was het Balthasar 
werd zwart gemaakt
de batikdoek achter uit de linnenkast
die de theemuts tot tulband vormde 
de kaarsjes in de lampionnetjes
die niet bestand waren tegen wind en sneeuw
koude handjes zonder wantjes
betraande oogjes want geen boon
vreemde liedjes
driekoningen driekoningen 
geef mij een nieuwe hoed

dat is mijn driekoningen

 

klik hier voor mijn site